‘Charlie and the Chocolate Factory’ is een traktatie voor jong en oud Nederlandse versie in première in DeLaMar Theater
Een goed verhaal is de basis voor veel media-uitingen, of het nu een boek, film, toneelstuk, radiospel, computergame, opera of musical is. ‘Charlie and the Chocolate Factory’ (Roald Dahl, 1964) is zo’n verhaal. En dit verhaal is al eens gebruikt in alle genoemde media-uitingen. De Engelstalige musical ging negen jaar geleden al op West End in première en de Nederlandstalige versie deed dat gisteren in het Amsterdamse DeLaMar.
Geproduceerd door de Theateralliantie (een samenwerkingsverband van een aantal grote Nederlandse theaters) werd een geheel eigen versie van de musical uitgebracht. Voor een verhaal dat de loftrompet steekt over eigenzinnige creativiteit is dat niet vreemd, integendeel, het is eigenlijk een vereiste.
Het verhaal in een notendop: Willy Wonka is de eigenzinnige en geheimzinnige eigenaar van een wereldberoemde chocoladefabriek. Er lijkt echter niemand te werken, maar toch worden er nog steeds de lekkerste chocoladerepen geproduceerd. De elfjarige Charlie heeft een grote creatieve fantasie en is al jaren groot fan, maar omdat hij met zijn moeder en beide grootouder-paren onder armoedige omstandigheden leeft, moet hij zich meestal tevreden stellen met de lege wikkels die hij op straat vindt. Tot op een dag Willy Wonka besluit op zoek te gaan naar een opvolger. Hij plaatst in vijf van zijn repen een gouden ticket. De vinder daarvan zal een rondleiding in zijn fabriek krijgen. Vier tickets blijken al snel terecht te komen bij kinderen die elk een wat minder fraaie eigenschap hebben. Het vijfde ticket wordt uiteraard door Charlie gevonden. Elk begeleid door een volwassene krijgen de vijf kinderen een rondleiding. Hun minder positieve eigenschappen zorgen één voor één voor een voortijdig einde aan hun rondleiding.
In de eerste akte wordt de situatie geschetst en de vijf kinderen voorgesteld. Vlak voor de pauze komt Wonka (Remko Vrijdag) ten tonele, die in de tweede akte de kinderen rondleidt door zijn fabriek. Tijdens de première werd de rol van Charlie gespeeld door Noah Fontijn. Een zware, bepalende rol, met veel dialoog en zang. De jonge Noah doet dit echter zeer indrukwekkend, met een gemak en gevoel voor timing welke doorgaans alleen van zeer ervaren musicalacteurs verwacht mag worden. Het publiek waardeerde dit ook met diverse open doekjes. Dit talent moet gekoesterd worden!
Waar Noah de absolute ster van de eerste akte is, valt die eer te beurt aan Remko Vrijdag in de tweede akte. Hij is natuurlijk een koning van typetjes en sommigen zien we ook terug in zijn Willy Wonka. Een vleugje Mark Rutte of zelfs een complete sketch met Chriet Titulaer, het wordt moeiteloos geïntegreerd in een excentrieke, maar ook innemende Willy Wonka. Zijn cabaret-achtergrond is ideaal om tussendoor snelle woordgrapjes te plaatsen, die door het première-publiek veelal direct werden opgepikt. Soms hoop je zelfs dat er iets niet helemaal goed gaat in de uitvoering, waardoor hij moet gaan improviseren. “Helaas” was dat bij de première niet(merkbaar) het geval, maar je mag verwachten dat hij tijdens de tour meer en meer kan gaan variëren. Een reden om de voorstelling nogmaals te gaan zien.
Het decor is een vernuftig samenspel van surrealistische decorstukken, projecties en verlichting. De fabriek wordt tijdens de rondleiding razendsnel op het toneel vormgegeven, waarbij staging en changementen elkaar schijnbaar moeiteloos aanvullen. Het vraagt veel van de techniek, maar die was prima op orde. De snelheid blijft er dan ook goed in.
Met Charlie and the Chocolate Factory trakteert de Theateralliantie het Nederlandse publiek op een avondje om van te snoepen. Prima om samen met de kinderen te bezoeken, maar eigenlijk geschikt voor iedereen die jong van hart is.
Frank
Charlie and the Chocolate Factory is tot begin maart te zien in Nederlandse theaters. Meer info en speellijst: charliedemusical.nl
